Geschiedenis
|
In 1593 wordt het Goed ten Bosch gekocht door Aart ten Grootenhuys en
Cornelis Cornelisz van Heemskerk. Door hen wordt het land in tweeën
gesplitst: Cornelis krijgt het noordelijke en Aart het zuidelijke deel.
Aart behoort tot de rijkste mannen van Amsterdam en laat zich 'Heer
van den Bosch' noemen. Bij zijn overlijden in 1615 wordt melding
gemaakt van verscheidene woningen, een speelhuis met toren en ook een
bouwhuys. Dit bouwhuys is waarschijnlijk de voorloper van
Vechtenstein.
In 1629 en 1637 wordt door Abraham de Graaf, die getrouwd is met
Margareta ten Grotenhuys, in 1629 en 1637 aan Jan Gerrits Meijen twee
keer twee morgen land verkocht. Bij de verkoop in 1637 wordt dan
melding gemaakt van 4 morgen land met het huys Vechtenstein.
In 1800 wordt het huis verkocht door de weduwe van Jan Hendrik Cramer
Barentszn aan Johannes Fahreus. De omschrijving luidt: "vier mergen lands
uit de rechte helfte van het alinge goed te Bossche (Huis ten Bosch) ende
zijne toebehoren, met zijne Huysinge daar opstaande genaamd
Vechtensteyn nabij Maarssen". Hij koopt het huis voor f. 10.950,- en moet
daarnaast 481 gulden, 16 stuivers betalen voor kosten. In 1802 koopt hij
er "6 morgen bouwland en elzenbosch" achter Vechtenstein gelegen voor
2500 gulden .
Ook in de tijd had men al last van dieven en inbrekers, want in 1806 vraagt
Johannes toestemming om angels en voetklemmen te mogen plaatsen bij
zijn huis.
In 1817 vinden we als eigenaar van Vechtenstein baron Johannes
Frederik van Reede. Men is dan van plan een aantal nieuwe iepenbomen
te plaatsen langs de straatweg van Utrecht naar Amsterdam. De baron
vraagt dan om een gedeelte onbeplant te laten, zodat hij vanuit zijn
huis vrij uitzicht houdt; hier heeft hij zelfs 3 gulden per jaar voor
over! Hoewel de baron al in 1817 als eigenaar genoemd wordt, blijkt de
officiële koop pas in 1819 te hebben plaats gevonden. Bij de koop hoort
ook een "Schuitenhuis, Broeyerij, een bank in de kerk van Maarssen en een
stukje overplaats met een IJzer hek"; voor het totaal van 12 morgen
wordt f. 18.000,- betaald. Johannes Frederik bezit ook grond in
Maarssenbroek, want in 1839 worden stukken weiland van hem aangekocht
voor de aanleg van de spoorlijn Amsterdam-Utrecht.
In 1828 sluit met architect J.D. Zocher een contract af, die "het water doen
graven volgens beloop, zoo als het voor den aanvang van het werk zal
worden afgestoken, en wel ter behoorlijke diepte om een Nederlandsche
el zomerwater te kunnen houden" en 60 fruitbomen. Ik vermoed dat hij
zijn tuin laat verfraaien voor 4750 gulden!
Uit 1839 is een document bewaard gebleven, waarin het huis beschreven
wordt: "het Heerenhuis bevat 18 kamers, keuken, kelder, provisiekelder,
wijnkelder, zolder, tuinmanswoning, broodoven, fornuis om badwater te
stoken, in het huis een badkamertje, een klein huisje met schuur en
koestal, een koetshuis en paardenstal voor vier paarden, annex een klein
koetsiers kamertje en ruim turfhok, eene schuur en houtloods, ruime
menagerie, orangerie met een druivenkast daarboven, Chinesche tent,
schuitenhuis, moeserij, boomgaard, weiland en bosch, groot ongeveer 24
morgens. Het terrein is een stuk groter geworden doordat baron Johannes
Frederik verschillend grondaankopen heeft gedaan.
In 1870 besluit Johannes Frederik van Reede zijn huidige huis te laten
vervangen door een nieuw huis. Hij geeft hiertoe opdracht aan de heer
A. Wijnen, die hiervoor een offerte maakt, groot f. 23.000,- Het gebouw
zal worden gebouwd met de afmetingen van 17,9 bij 15,86 m.
Lang plezier heeft Johannes Frederik niet van zijn nieuwe huis gehad,
want op 15 februari 1873 sterft hij. Op 19 augustus van datzelfde jaar
vindt er een boedelscheiding plaats. Hoewel zijn weduwe Vrouwe H.D. de
Jockheere nog leeft, wordt Vechtenstein voor f. 23.000,- door de familie
als nieuwe eigenaar aangewezen: Frederik Godard van Reede.
|
Bronnen
|
Tekst: Historische Kring van Maarssen
E. Munning Schmidt en A.J.A.M. Lisman, met tekeningen van Chr. Schut, Plaatsen aan de Vecht en
de Angstel, Historische beschrijvingen en afbeeldingen van kastelen, buitenplaatsen, stads- en
dorpsgezichten aan de Vecht van Zuilen tot Muiden, Alphen aan den Rijn, Canaletto, 1985,
262 blz, 2e druk
J. van Veldhuizen, Vecht en Steyn, In: Orgaan van de Historische Kring Maarssen, 1977,
no. 1, blz 18 - 22
Foto 1: Orgaan van de Historische Kring van Maarssen
Afb. 1 t/m 3: Orgaan van de Historische Kring van Maarssen
|