Ligging |
Het huis Diependaal stond naast
Mariënhof, dichtbij de kruising
tussen de Kortelaan en de Diependaalsedijk, in Maarsen-Dorp, gemeente
Stichtse Vecht.
|
Ontstaan | Het Huys op Diependaal is zo rond 1660 ontstaan. |
Geschiedenis |
De Diependaalsedijk is één van de oudste wegen van Maarssen en vormde enkele
eeuwen lang een belangrijke verbinding tussen Utrecht en Amsterdam. Tot 1650
was het gebied ten oosten van de Diependaalsedijk dun bevolkt. In 1641 werd Joan
Huydecoper Heer van Maarsseveen en gingen de twee gebieden Goudensteijn en
Diependaal voortaan Nieuw-Maarseveen heten. Op een kaart uit 1629 van Baltasar Floris van Berckenrode komen we het huis nog niet tegen. Het huis komen we voor het eerst tegen in een verkoopacte uit 1661. Joan Huydecoper verkoopt aan de "heere Capiteijn Gerard Tack, zijn huisvr. en haare erfgenamen, seeckere hofstede gelegen op Diependael". Het gebied is 2 morgen groot en wordt ingesloten door de buitenplaatsen Petershagen, Mariënhof en de Noorderlaan (nu Kortelaan). Er is echter nog geen sprake van een buitenplaats en ook nog niet in 1661. De grond achter het huis vormt dan nog steeds een weiland. Hoewel het niet in bovengenoemde verkoopacte wordt vermeld, is het aannemelijk dat Huydecoper met de kopers heeft afgesproken, dat zij het huis zouden ombouwen tot een buitenplaats. Bovendien gaf dit zijn eigen huis Goudestein meer aanzien, omdat in die tijd de oprijlaan direct tegenover het Huys op Diependael op de Diependaalsedijk uitkwam. Slechts zeven jaar blijft de heer Tack eigenaar van de waarschijnlijk door hem verbouwde buitenplaats, om hem vervolgens te verkopen aan Pieter Kemp. Dan breekt het rampjaar 1672 aan, maar gelukkig blijft de buitenplaats gespaard. In 1683 wordt Johan van der Heyden eigenaar, maar daarna ontbreken er tot 1719 gegevens over het huis. De volgende belangrijke eigenaar was Jacob Abradanell, die het huis waarschijnlijk in 1721 kocht van Jan Mam of Mom, die dan nog maar 2 jaar eigenaar is. Jacob is een welgestelde Portugese jood en moest in 1724 de hoogste familiegeldheffing betalen. De heffing werd gebaseerd op persoonlijk vermogen of eigen inkomsten. In 1758 wordt het huis gekocht door het echtpaar Jacob van Schoonhoven en Lucretia Christina van Bochoven. Hij is kanunnik van het kapittel van de Dom in Utrecht. Lucretia is schrijfster van het gedicht "Diependaal Hofdigt". Zij kopen het huis voor haar vader, maar omdat hij vrij snel overlijdt, gaan ze zelf in het huis wonen. Vijf jaar later verhuizen ze naar Utrecht en verkopen ze Huys op Diependaal. op 29 augustus 1763 wordt Jonkvrouwe Cornelia Maria Bolten voor f. 8500,- de nieuwe eigenaresse. Bij de opsomming in de verkoopacte worden er naast het huis en de tuin, nog 13 morgen land, een boerderij, zestien koebeetsen en 8 paarden genoemd. Later is er dus blijkbaar bij het huis nog een boederij gebouwd. Jonkvrouwe C.M. Bolten was familie (mogelijk een dochter) van het echtpaar Jacob Bolten en Alida Meijer; in elk geval waren ze in 1746 eigenaar van Petershagen en Vierhoven. Na hun dood erft Cornelia Maria Petershagen en haar zus Maria Everdina Vierhoven. Petershagen wordt na 1763 afgebroken en het grondgebied toegevoegd aan Diependael en in 1764/5 laat ze tegenover het vroegere huis Petershagen een nieuw huis bouwen. Tenslotte verkoopt in 1765 Huys op Diependael aan Matthijs van Zon, die getrouwd was met haar zus. Vervolgens wordt dan nog Vierhoven aan Diependael toegevoegd. In 1777 komt het huis in bezit van Vrouwe Agneta Geertruide Baronesse van Lockhorst. Zij is weduwe van mr. Francois de Witt en woonde op het aan de Vecht gelegen Elsenburg. Haar man overleed plotseling in 1775 en omdat ze zijn tweede vrouw was en er geen testament opgesteld was, vererfde Elsenburg op haar stiefzoon. Omdat deze een buitenlandse reis ging maken kon ze nog uiteindelijk 3 jaar op Elsenburg blijven wonen. Ze had haar familie in de buurt wonen: Haar oudste zus woonde in Huis ter Meer en een andere zus op Doornburgh. In 1783 overleed haar oudste zus en werd zij Vrouwe van Maarssen en ging op Huis ter Meer wonen. Haar schoonzoon kocht toen in 1784 het Huis op Diependaal. Omdat Jan de Witt patriot is, moet hij in 1787 voor de Pruisen vluchten en verkoopt dan het huis vanuit het buitenland in 1789 aan Jan Georg Michael. Een jaar later is het in bezit van de weduwe Joseph Fernandus Belmonde. In 1809 wordt de buitenplaats gekocht door Jasper van den Helm van Aron Fernandus Nunez voor f. 11000,-. Hij groeide in het huis De Boomgaard op en woonde in het huis tot zijn dood in 1823. Door hem werd na 1810 het naastgelegen huis Zwanenhof opgekocht en het gebied toegevoegd aan Diependaal. Als Jasper op 20 september 1823 sterft is zijn dochter Geertruid, die getrouwd is met Christiaan Louis Arnold zijn enige erfgename. Twee maanden later sterft Geertruid; waarschijnlijk in het kraambed. Ze laat 3 kinderen na en haar man besluit Diependaal in april 1824 te verkopen. Dit lukt echter niet en twee maanden later wordt het landgoed in delen verkocht. Het huis Diependaal en een klein deel van de oorspronkelijke grond wordt verkocht aan de timmerman Jan de Weerd, die korte tijd later het huis en de bijgebouwen afbreekt. In april 1824 wordt de buitenplaats bij de laatste verkoop als volgt omschreven: "Het welgesitueerd Buitengoed, genaamd Diependaal, gelegen aan de Zandrijweg (= Diependaalse Dijk, (KBR)), bestaande in eene royale Heeren Huyzinge, voorzien van zestien zoo Boven- als Beneden-Kamers, Keuken, Kelder, zolder en andere vereischtens, ruim Koetshuis, Stalling voor tien paarden, een Tuinhuis en zeven Daggelders Woningen, Koestal, Schuren en Schuitenhuis; Perzikken en Druivenkasten, Broeibakken en Kribben; Moestuin met exquise Vruchtbomen; Boomgaarden en eener goeden aanleg voor Wandeling, door opgaande Boomen en Hakhout..." Omdat het Huys op Diependael, en de andere kleine buitenplaatsen tussen de Diependaalsedijk en de Driehoekslaan, geen directe verbinding met de Vecht hebben, werd hier al rond 1660 een voorziening voor getroffen. Via een doorvaart in de Noorderlaan en een doorvaart in de Diependaalsedijk, kon men via een sloot tussen de buitenplaatsen Endelhoven en Vechtoever bij de Vecht komen. De eigenaren van Mariënhof, Petershagen, Vierhoven en Middelcoop kregen recht van doorvaart door de sloot langs het Huys op Diependael. Om misbruik te voorkomen werd de brug bij de Vecht afgesloten met een plank met slot, die door de gebruikers gezamenlijk onderhouden diende te worden. |
Bewoners |
- 1661 Joan Huydecoper 1661 - 1668 Capiteijn Gerard Tack 1668 Pieter Kemp - 1683 Anthonie Hoffkens 1683 Johan van der Heyden - 1719 erfgenamen van Geertruyd Joanna van der Wolf 1719 - 1721 (?) Jan Mam of Mom, koopman te Amsterdam 1721 (?) Jacob Abradanell 1746 mr. Johannis Matroos - 1755 Willem Henskens 1755 - 1763 Jacob van Schoonhoven en Lucretia Christina van Bochoven 1763 - 1765 Jonkvrouwe Cornelia Maria Bolten 1765 - 1771 Matthijs van Zon, getrouwd met Maria Everdine Bolten 1771 - 1777 Anthony Meyer 1777 - 1784 Vrouwe Agneta Geetruide Baronesse van Lockhorst 1784 - 1789 Jan de Witt 1789 Jan Georg Michael 1790 de weduwe Joseph Fernandus Belmonde - 1809 Aron Fernandus Nunez 1809 - 1823 Jasper van den Helm 1823 - 1824 Geertruid van den Helm 1824 Jan de Weerd |
Huidige doeleinden | Van het huis is niets meer terug te vinden. |
Opengesteld | n.v.t. |
Foto's | |
Bronnen | Tekst: H. van Bemmel en A. de Zwart, De geschiedenis van het Huys op Diependael, In: Het Orgaan van de Historische Kring van Maarssen, 5 artikelen (no. 2, 31e jaargang (mei 2004) tot no. 2, 32e jaargang (mei 2005)). Afb. 1 t/m 4: uit bovengenoemde reeks artikelen |