Ridderhofstad De Kleyne Haer

Ligging Tussen de kastelen Ter Mey en De Haar bevond zich deze ridderhofstad. Dus op het terrein van het huidige kasteel De Haar bij Haarzuilens.
Ontstaan We komen De Kleyne Haer en diens eigenaar Gerrit van Renesse in 1539 tegen op de lijst van ridderhofsteden. Het goed wordt voor het eerst in 1420 beleend.
Geschiedenis Lange tijd werd er vanuit gegaan dat De Kleine Haer en het kasteel Ter Mey hetzelfde huis betroffen. In 1512 werd er binnen Het Sticht een overeenkomst gesloten om te komen tot het innen van huisgeld. Alleen de eigenaren van de ridderhofsteden, die aan drie voorwaarden voldeden, hoefden dit huisgeld niet te betalen. In 1538 was er een lijst van 38 ridderhofsteden opgesteld. Een jaar later werden er zeven huizen aan deze lijst toegevoegd. Een controle of deze huizen voldeden werd niet meer uitgevoerd, omdat de het innen van huisgeld al weer van de baan was.
Gerrit van Renesse die in 1539 eigenaar was van de hofstede, was een zoon van Jan van Renesse van Wulven en Margaretha van Culemborg. Gerrit was slotvoogd op het kasteel Woerden. Hij was getrouwd met Geertruida van der Haer en raadsheer van het Hof van Utrecht.

In 1420 komen we een belening tegen van een halve hoeve bij het vrijthof, een hoeve op de Lage Haar en een perceel van twee morgen aldaar. De leenheer is Gijsbert Boekels van der Haar en leenman zijn neef Gijsbert van der Haar, zoon van Hendrik van der Haar en Sophia uten Enghe. Bij onderzoek naar de belening van de Kleine Haar blijkt dat deze drie goederen steeds in eigendom bleven van één eigenaar. Na het overlijden van Gijsbert, hij heeft geen (wettige) nakomelingen, erft zijn broer Bernard. Deze Bernard van der Haar was getrouwd met Ida Taets, een dochter van Daem Taats van Oudaen. Dit echtpaar kreeg één zoon, die ze vernoemdem naar de schoonvader van Bernard. Deze Daem trouwde rond 1470 met Dirkje Philips van Eemskerk, een dochter van Wouter van Eemskerk en Catharina van Heukelom van Acquoy en weduwe van Frederik Uten Ham. Daem was een rijk man en werd beschreven in de Utrechtse ridderschap. Door de aankoop van een halve hoeve lands ten oosten van kasteel De Haar, breidde hij het grondgebied van de Kleine Haar verder uit tot 28 morgen. Daem en Dirkje kregen drie dochters en een zoon. Omdat Daem vermogend was, leende hij veel geld aan zijn oom Frederik Uten Ham en hij kreeg daarvoor de beschikking over 70 morgen land bij kasteel Den Ham. In 1507 sterft hij en wordt opgevolgd door zijn zoon Bernt. Een jaar later werd Bernt proost van St. Jan en kastelein van het Huis te Mijdrecht.

Bernt trouwde met Aleyd Hendriksdochter van der Borch en dit echtpaar kreeg twee dochters. De oudste van de twee, Agniet geheten, erfde De Kleine Haar. Haar moeder zorgde ervoor dat er in de Hervormde Kerk van Vleuten een mooi bewerkte grafsteen voor Daem van der Haar werd geplaatst. Agniet sterft al in 1530 en de Kleine Haar vererft op haar jongere zus Geertruida, die getrouwd was met Gerard van Renesse van Wulven.
Deze Gerard of Gerrit vroeg dus in 1538 erkenning van zijn huis als ridderhofstad aan. In 1568, op 5 augustus, werd hij veroordeeld voor het aanhangen van de 'nieuwe religie' en werd hij 20 dagen later te Utrecht onthoofd. Geertruida van der Haar was al in 1566 overleden en De Kleine Haar vererfde op hun enige dochter Agnes. Een jaar later sterft zij en het leen komt in bezit van haar man Adriaan van Renesse van der Aa.
Agnes werd maar 31 jaar, maar doordat ze al op 16-jarige leeftijd moeder werd, had dit echtpaar toch 3 zoons en 2 dochters. Na het overlijden van Adriaan in 1586, erft hun tweede zoon Frederik de Kleine Haar. Hij sterft echter in 1609 kinderloos en het leen gaat over naar zijn jongere broer Johan. Johan van Renesse van der Aa was heer van Schonauwen en kanunnik in de Dom te Utrecht.

Deze Johan van Renesse van der Aa was in 1605 getrouwd met Catharina van Arnhem en ze kregen slechts één dochter: Agnes, die een heel goed huwelijk aan ging, door in 1633 met Jacob van Wassenaar van Obdam te trouwen, waardoor ze barones van Wassenaar werd.
In de 18e eeuw komen we een inboedel beschrijving tegen van De Kleine Haar: 'twee eijken kassen, drie taafellakens, ses servetten, ses slaaplakens, twaalf slopen, vier bedden met peuluwen, agt hoofdkussens, agt dekens, agt tinne schotels, twe tinnen borden, een tinne kan, een tinne kroes, een tinne boter doos, twee dousijn tinne lepels, twaalf stoelen, twee dousijn aarde schotels, drie dousijn borden'. In die tijd werd er al niet meer gesproken over De Kleyne Haer. Dit is er hoogstwaarschijnlijk de oorzaak van dat men dit huis vereenzelfdigde met het kasteel Ter Mey.

Na de dood van Agnes in 1661 vererfde het leen op haar zoon Jacob en na diens dood in 1714 op haar kleinzoon Jan Hendrik, die beide Graaf van Wassenaar waren. Gedurende 30 jaar was Jan Hendrik eigenaar, maar omdat hij zonder nakomelingen sterft, vererft het leen op zijn broer Unico Willem, die een bekende componist was. De laatste Van Wassenaar die eigenaar van dit goed was, was de zoon van Unico Willem, Jan Jakob geheten. Deze verkocht na anderhalf jaar de Kleine Haar aan de boer Jan van Riet. Deze Jan van Riet werd in 1769 beleend met het goed door Anthony Martinus van Zuylen van Nyevelt, waaruit blijkt dat het goed nog steeds een leen van kasteel De Haar was.
De laatste eigenaar was Martinus Versteeg, die van 1808 tot 1867 leefde. Zijn weduwe Krijntje Kemp woonde in elk geval in 1880 nog op de dwarshuisboerderij, die de naam Slotzicht droeg. Daarna is de boerderij afgebroken (of verplaatst?) in verband met de herbouw van het kasteel De Haar door baron Etienne.

Tenslotte zien we op de kadastrale minuut uit 1832 dat de Kleine Haar zich pal ten westen van Kasteel de Haar bevond en uit een huis met boomgaarden, tuin, weiland, bos, hooibergen en schuur bestond. In verschillende akten wordt gesproken over "zuijdwaarts en annex de steeg van 't Huys de Haar".

Bewoners 1420 Gijsbert van der Haer
Bernard van der Haer, getrouwd met Ida Taets van Oudaen
ca 1470 - 1497 Daem van der Haer
Bernt van der Haer
- 1530 Agniet van der Haar
1530 - 1566 Geertruida, getrouwd met Gerard van Renesse van Wulven
1566 - 1567 Johan van Renesse van Wulven
1567 - 1586 Adriaan van Renesse van der Aa, getrouwd van Agnes van Renesse van Wulven
1586 - 1609 Frederik van Renesse van der Aa, kinderloos
1609 - 1634 Johan van Renesse van der Aa
1634 - 1661 Agnes van Renesse van der Aa, getrouwd met Jacob van Wassenaar van Obdam
1661 - 1714 Jacob, graaf van Wassenaar
1714 - 1745 Jan Hendrik, graaf van Wassenaar
1745 - 1766 Unico Willem, graaf van Wassenaar
1766 - 1768 Jan Jakob, graaf van Wassenaar
1768 (1769 beleend) Jan van Riet, getrouwd met Fijgje Blok
- 1867 Martinus Versteeg
1867 - 1880 Krijntje Kemp, weduwe van voorgaande
Huidige doeleinden Het vroegere terrein is nu onderdeel van het terrein van kasteel De Haar.
Opengesteld n.v.t.
Foto's
Bronnen Tekst: J. Huiting Bouwstra, Tien eeuwen Kasteel de Haar, Wat een weelde, 1e druk, ISBN 9789040078194, Uitgeverij W. Books, Zwolle, 2013, 800 blz.